GGO’s hebben wel degelijk (theoretische) voordelen. Dit zijn de belangrijkste argumenten die gentech bedrijven gebruiken:
- Resistentie. GGO’s zijn vaak resistent tegen de belangrijkste ziekten die het gewas normaal bedreigen, tegen aanvallen van insecten, en tegen pesticiden. Dat betekent dat minder schadelijke stoffen nodig zijn om het gewas gezond te houden.
- Aangepast aan de weersomstandigheden. Eén van de grootste argumenten die gentech bedrijven gebruiken, is dat ze gewassen kunnen kweken die groeien in barre weersomstandigheden. Dat zou een oplossing zijn tegen de hongersnood in bijvoorbeeld Afrika, en voedselvoorraden garanderen in een veranderend klimaat.
- Voedzaamheid. GGO’s kunnen zo worden gekweekt dat ze voedzamer zijn dan hun natuurlijke broertjes. Ook dat zou helpen tegen de hongersnood en gerelateerde ziekten: gewassen als rijst of mais kunnen versterkt worden met allerlei vitaminen en mineralen, waardoor bevolkingsgroepen die vooral op één gewas overleven niet langer deficiënt zijn in die voedingsstoffen.
- Grondopbrengst. De opbrengst per are kan sterk verhoogd worden door genetische manipulatie, waardoor minder land nodig is. Ook dit wordt gebruikt als argument om honger in de wereld te bestrijden.
Al deze argumenten hebben echter ook keerzijdes, die we in een apart artikel bespreken.